Rechters: we zijn te druk
Op 21 November 2019 kwam het NRC met het nieuws dat de rechtspraak vast loopt en dat de rechters overbelast zijn. Dit is natuurlijk niet een probleem dat zomaar uit de lucht is komen vallen maar een probleem dat al even speelt. Het is wel interessant dat een journalist bij dit onderzoek een tweetal weken meeloopt om te ervaren hoe het er in de rechtspraktijk aan toegaat.[1] Wat zijn de voornaamste problemen in rechtbanken? En hoe wilt de rechtspraak die gaan oplossen? U leest het in dit artikel.
Veel zaken
Een groot probleem is de vele zaken die een rechtbank voor de kiezen krijgt. Vooral van belang is dat rechters aangeven altijd te willen streven naar perfectie. In principe is dat natuurlijk iets goeds, maar het levert wel veel werkdruk op omdat ze geen detail willen missen. Met vele achterstallige zaken in het achterhoofd is het dan nogal een druk om niet de fout in te gaan. Uit het onderzoek blijkt dat rechters het veel drukker hebben dan juridisch medewerkers. Veel rechters loggen vaak in de avond in, vermoedelijk omdat ze overdag simpelweg geen tijd hebben de zaak grondig te bekijken. Rechters zijn namelijk ook gewoon mensen, veelal met gezin, die hun tijd moeten zien te verdelen tussen werk en privé.
Gefaalde modernisering
Hiermee hangt de gefaalde modernisering van het burgerlijk procesrecht samen. Met de introductie van de KEI-wetgeving moest procesrecht vooral digitaal geregeld worden. Hierdoor werd digitaal procederen verplicht. Het bleek in de praktijk echter niet te werken en veel rechtbanken gingen al snel over op de ouderwetse behandeling van zaken. Omdat het binnen de rechtspraak zo mislukte is de Spoedwet stopzetting KEI in het leven geroepen, die per 1 oktober 2019 in werking is getreden.[2] Hierdoor gingen rechtbanken weer op papier werken, wat zeer veel administratieve lasten met zich meebracht. Dit betekent ook dat er weer meer mensen aangenomen moesten worden nadat die eerst niet meer nodig waren door de digitalisering van het procederen. Al met al een last die veel tijd, energie en geld heeft gekost.
Duur van zaken en taalgebruik in uitspraken
Een ander groot probleem lijkt de duur en aard van de zaken te zijn. Veel zaken duren namelijk erg lang en als er dan eindelijk een oordeel komt is het voor veel mensen niet te begrijpen. Er ontstaat daarom een landelijke behoefte om sneller uitspraak te doen in een beter begrijpelijke vorm. Dit is bijvoorbeeld een ontwikkeling die in het bestuursrecht al wordt gehanteerd. Er wordt dan met name gelet op de grootte van een uitspraak (dus niet te groot) en de helderheid van taal. Het moet namelijk voor een burger te begrijpen zijn wat de gevolgen zijn van een uitspraak in zijn of haar zaak. Dit is meestal in het burgerlijk recht niet erg omdat er vaak een advocaat aan de zijde van een procespartij staat maar dit is niet in alle zaken het geval. In die zaken waar in persoon kan worden geprocedeerd is het van belang de uitspraken zo duidelijk mogelijk te maken en de duur van de zaken zoveel mogelijk te beperken.
Oplossing hoeveelheid zaken
Een oplossing voor de grote hoeveelheid zaken waar de rechtbanken mee worstelen is het extra werven van rechters en juridisch werknemers om deze achterstanden weg te werken. De rechtspraak wil hierbij ervaren juristen aannemen om zo snel mogelijk de zaken af te kunnen handelen. Deze juristen zullen dan als rechter-plaatsvervanger aan de slag gaan waar ze zoveel mogelijk direct uitspraak doen. Ook wordt extra administratief personeel gezocht om alle vonnissen snel uit te kunnen werken om de werklast van de rechters zo minimaal mogelijk te houden. Het doel van de rechtspraak is binnen drie jaar de achterstanden weg te werken. Dit wordt gefinancierd door een toegezegd budget van de overheid van 29 miljoen euro voor de komende drie jaar.[3] Een flinke maatregel dus die hopelijk enige orde op zaken zal stellen.
Oplossing duur zaken
Het streven is om niet alleen de achterstallige zaken weg te werken maar ook om de zaken sneller af te doen. Een van de oplossingen in dit kader is het hanteren van kortere doorlooptijden.[4] Ook wil de rechtspraak (potentiële) procespartijen beter informeren over de duur van een rechtszaak om zo een beter beeld te scheppen van de te verwachten stappen in het proces. Dit kan bijdragen aan de maatschappelijke behoefte om sneller en duidelijker uitspraak te doen. Een van de middelen om zaken sneller af te kunnen handelen is het werken met een zogenaamde flexpool. Hierdoor kunnen gerechtsmedewerkers snel worden ingezet waar nodig. Rechtspraak is nu eenmaal niet altijd even druk, waardoor op sommige momenten veel meer werknemers nodig zijn dan op andere momenten.[5] Het doel van de rechtbanken is deze pieken en dalen beter op te pakken om zo de zaken sneller af te kunnen handelen.
Conclusie
Al met al is de drukte in de rechtspraak een groot probleem. Procespartijen raken gefrustreerd door de duur van rechtszaken en rechters hebben moeite om alle zaken te behandelen door de hoeveelheid achterstallige en nieuwe zaken. Voor de oplossingen die nu door de rechtspraak worden gehanteerd moet in praktijk nog worden gekeken of ze hun vruchten afwerpen. Feit is wel dat de overheid het probleem erkend en hier budget voor vrij maakt. Ook is het positief dat de rechtspraak ermee bezig is de problemen te verhelpen. Of deze maatregelen echter voldoende zijn zal nog moeten blijken omdat vooralsnog de problemen blijven bestaan.
[1] De problemen in de rechtspraak zijn gebaseerd op dit onderzoek, geraadpleegd op 12-12-2019:
https://www.nrc.nl/nieuws/2019/11/21/de-overbelaste-rechtbank-a3981139.
[2] Voorstel van wet houdende wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering tot intrekking van de verplichting om elektronisch te procederen bij de rechtbanken Gelderland en Midden-Nederland en tot verruiming van de mogelijkheden van de mondelinge behandeling in het civiele procesrecht (Stb. 2019, 241). Deze wet treedt op 1 oktober 2019 in werking (Stb. 2019, 247).
[3] Aankondiging Julia Mendlik, president rechtbank Midden-Nederland, geraadpleegd op 12-12-2019 via: https://www.advocatenblad.nl/2019/11/28/verkorte-opleiding-tot-rechter-moet-achterstanden-wegwerken/.
[4] Tijd vanaf het aanmelden van een zaak bij de rechtbank tot de uitspraak van een rechter.
[5] Rechtspraak: duur rechtszaak moet korter, geraadpleegd op 12-12-2019 via: https://www.rechtspraak.nl/Organisatie-en-contact/Organisatie/Raad-voor-de-rechtspraak/Nieuws/Paginas/Rechtspraak-duur-rechtszaak-moet-korter.aspx